Human Factors versus richtlijnen

In een eerdere blog hadden we al eens betoogd dat richtlijnen niet ‘heilig’ zijn. Je moet er zelfs van afwijken als dat tot betere situaties leidt, maar dat gebeurt zelden. Met Van Rens Mobiliteit zijn we in 2016 begonnen met het opzetten van een langlopend onderzoek naar de verhouding tussen Human Factors principes en richtlijnen voor tijdelijke verkeersmaatregelen. Het onderzoek wordt in delen uitgevoerd door studenten Toegepast Cognitieve Psychologie van verschillende universiteiten. De onderzoeksvraag luidt ‘Hoe zouden tijdelijke verkeersmaatregelen er uitzien als je alleen vanuit de weggebruiker zou redeneren?’.

Probleemschets

Tijdelijke verkeersmaatregelen bij werken in uitvoering worden uitgevoerd volgens CROW richtlijnen 96a (autosnelwegen) en 96b (overige wegen). Strikte toepassing van die richtlijnen levert niet altijd een wegbeeld op dat duidelijk is voor weggebruikers. Laat staan veilig. Toch hechten opdrachtgevers (overheden) aan strikte toepassing van de richtlijnen.

Achtergronden

Richtlijnen van het CROW staan bij overheden bekend als ‘best practice’ in het werkveld. Ze worden opgesteld door een groep experts die door de organisatie CROW daartoe worden uitgenodigd. De richtlijnen van het CROW hebben geen juridische status, hoewel ze door rechters wel belangrijk gevonden worden. Afwijken van richtlijnen mag. Afwijken moet zelfs, als de situatie daarom vraagt.
Opdrachtnemers in de wegenbouw doen er echter goed aan tijdelijke verkeersmaatregelen volgens de geldende richtlijnen aan te bieden. Opdrachtgevers hechten namelijk sterk aan de richtlijnen, omdat die volgens hen de beste garantie bieden op veiligheid. Ze hebben te weinig kennis en/of te weinig tijd om verkeersmaatregelen die van de standaard afwijken op hun waarde te kunnen schatten en kiezen dus voor de veilige optie.

Het probleem voor opdrachtnemers is dus tweeledig:

  • Hoe kun je van de bestaande richtlijnen afwijken, of ze creatief interpreteren, zodat tijdelijke verkeersmaatregelen ‘beter’ zijn dan met toepassing van de richtlijnen?
  • Hoe biedt je die afwijking zo aan de opdrachtgever aan dat hij ermee akkoord gaat?

De opdracht

Van Rens Mobiliteit en Korbee & Hovelynck bieden plaats aan een student in een relevante WO studie (toegepaste cognitieve psychologie, bouwkunde, etc.) die in het kader van een onderzoeksstage/scriptieonderzoek/thesis kan onderzoeken hoe in een concrete situatie tijdelijke verkeersmaatregelen er uit hadden gezien als niet vanuit de richtlijnen, maar vanuit de weggebruiker zou zijn geredeneerd. Ook onderdelen van deze onderzoeksvraag kunnen in een stage, scriptie of thesis beantwoord worden. Te denken valt aan opvallendheid van bebording, invloed van wegbeeld en –profiel op rijsnelheid, of de relatie tussen omgevingsclues en zoekgedrag.
De eerste twee onderzoeksstages zijn inmiddels afgerond en het eerste artikel is in het blad Verkeerskunde gepubliceerd.
Zo bouwen we aan een uitgebreid onderzoek dat moet resulteren in een verantwoorde onderbouwing voor het afwijken van richtlijnen.